maandag 2 augustus 2010

Een pak passen


De maten zijn geregistreerd. Ik mag even het pak van een mannelijke stadsbewoner proberen zodat ik weet wat me te wachten staat. Met zoiets zal ik tenslotte een weekend rondlopen. Eerst een lang linnen hemd waarvan de mouwen een eind over de handen vallen. "Geeft niks, gewoon opstropen. Dat deden ze toen ook", zegt kledingspecialist Elvira van Loon. Een zwarte wollen broek. Die sluit met een leren koord. Aan de voorkant zit een klep die links en rechts is vastgestrikt: de middeleeuwse gulp. Dan een jas die tot halverwege de bovenbenen komt. Aan de ene kant zitten bolletjes stof, die als knopen fungeren. Die bolletjes gaan door lusjes, zo sluit de jas. "Hoe belangrijker de persoon, hoe langer de jas", aldus Elvira. "Deze stedeling heeft een redelijke positie maar is niet steenrijk." Iedere middeleeuwer droeg een hoofdbedekking, van een simpele hoofddoek of muts tot een ingewikkelde hoofdtooi. Ik krijg een kaproen: een puntcapuchon met een schoudermantel eraan. Heel gebruikelijk in die tijd en daar zou een stadsomroeper - die veel onderweg is - best mee kunnen lopen. Nou dat voelt al behoorlijk echt.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten